Andere reiskostenvergoeding per 1 juli 2021


Veel werknemers ontvangen van hun werkgever een reiskostenvergoeding om van huis naar het werk te reizen en omgekeerd. Door de coronamaatregelen werken heel wat mensen thuis, maar dit heeft geen gevolgen voor de vergoeding. Dat gaat echter veranderen.

Toen het kabinet vorig jaar vanwege het oprukkende Covid-19 opriep om zo veel mogelijk thuis te werken, werd besloten dat de vaste reiskostenvergoeding die veel werknemers ontvingen mocht doorlopen zoals die vóór de eerste lockdown in maart 2020 van kracht was. Vanaf 1 juli aanstaande is hier geen sprake meer van.

Vanaf die datum geldt een thuiswerkdag niet zonder meer als een reisdag waarvoor een vergoeding mag worden betaald. Pas wanneer een werknemer minstens 36 weken of 128 dagen per jaar naar kantoor of een andere vaste werkplek reist, mag de vaste reiskostenvergoeding onbelast worden uitbetaald. Wanneer dit aantal niet gehaald wordt kan een vergoeding alleen nog via nacalculatie of declaratie worden uitgekeerd.

Nacalculatie
Bij een vergoeding op basis van nacalculatie krijgt een werknemer ieder maand een vaste vergoeding en moet aan het eind van het jaar het werkelijk aantal kilometers worden vastgesteld. Alleen over die kilometers kan maximaal € 0,19 onbelast worden vergoed.
Nadeel is dat er een naheffing kan komen, waar veel werkgevers niet op zullen zitten te wachten. De verwachting is dat veel reiskostenvergoedingen hierdoor zullen vervallen.


Declareren
Een andere optie is declaratie, waarbij de werknemer per maand het aantal gereisde dagen aan de werkgever doorgeeft en alleen voor deze dagen vergoeding ontvangt. Dit zal administratief en organisatorisch de nodige aanpassingen vergen.

Het is dus van belang om het thuiswerken nog eens goed onder de loep te nemen en daar waar nodig het systeem van reiskostenvergoeding aan te passen, om vervelende kwesties bij de fiscus te voorkomen.
 

1 april 2021